Eindelijk is het dan zover. We gaan Kamperen op het strand van Oman. De kinderen zitten allebei vol energie, dus dat beloofd wat te worden. Voorzover wij verstand van kamperen hebben is alles goed voorbereid. Het enige dat we onderweg nog hopen tegen te komen is hout. Hout voor het maken van een kampvuur, waarin de kinderen hun aan de stokjes geprikte marshmallows kunnen (ver)branden.
Onderweg veranderde het uitzicht op hoge, mooier dan mooi en de bling bling skyline in een volledig ander aanzicht. Rondom de auto werden we al na een half uur rijden omringt door een berglandschap en af en toe spotten de kinderen loslopende (berg)geitjes. We waren in een totaal andere wereld beland, wat overigens geweldig is om te zien.

Wat we onderweg hoopte tegen te komen gebeurde ook. Langs de weg waar alles te koop werd aangeboden, kleden, speelgoed, poten en pannen, speelgoed en meubels. Eigenlijk alles wat je maar kunt bedenken, zagen we voor ons een auto stoppen die wat hout in de achterbak van zijn auto laden. Wij nog niet zo ervaren kampeerders stopte direct om dit voorbeeld op te volgen. Zo dat is binnen . . . het kampvuur kan vanavond gemaakt worden.
Het allerbelangrijkste moeten we nu nog vinden en dat is een plekje op het strand voor het opzetten van onze tent. Deze hebben we met veel aarzeling uiteindelijk gevonden, omdat Quirijn zijn school één van de weinige is die nu al vakantie hebben zijn er niet veel mensen die ook net als wij een korte vakantie houden. Omdat dit onze eerste in het wild kamperen ervaring is, zou het prettig zijn als er al wat meer families zijn neergestreken op het zelfde stukje strand als waar wij een oogje op hebben. Helaas, we moeten het echt helemaal alleen uitzoeken, gelukkig komt er iemand voorbij gelopen, waaraan we gevraagd hebben, of je hier de avond in een tentje mocht doorbrengen. De goede man (een Omani) sprak geen woord Engels, maar het woord kamperen was hem duidelijk en met een overtuigende knik gaf hij aan dat het geen enkel probleem was.
Pfffff . . . met al flinke zweetplekken onder de oksels hadden we eindelijk het plekje gevonden. Nu de tent nog . . . gelukkig hadden afgelopen week al wat geoefend in onze eigen vertrouwde tuin en dat was te zien. Mochten we stiekem toch gezien worden dan zouden we beslist niet afgescheept worden als . . . moet je die zien zeker nog nooit gekampeerd. Dat geeft de kampeerburger moed.

De tent staat.
Het is tijd voor het bootje, het kampvuur, een broodje knakworst de march mellows en natuurlijk de overnachting in de tent.

Heet hé Quirijn zo'n vuurtje . . .
Het is heel moeilijk om de deze bijzondere ervaring kort te moeten omschrijven vandaar wat extra foto's.
We (Ron en ik) hebben die nacht nauwelijks een oog dicht gedaan. Net toen wij het idee kregen om ons bij de reeds slapende kinderen te voegen begon er wat meer wind op te komen. Met enige regelmaat zie en hoor je de tent klapperen en heftige bewegingen maken, dan kijk je elkaar voor de zoveelste keer aan en denk je bij jezelf hoe lang nog voordat de tent met ons vieren erin de lucht in vliegt. Dat is gelukkig niet gebeurt. Je komt de volgende ochtend gebroken uit de tent en geniet al snel weer van het opkomende zonnetje en het ruizen van de zee. Een Heel bijzondere ervaring.
